Reflections on life and the polish animal welfare law from our advisory board member Rabbi Binyomen Jacobs

October 13, 2020

A healthy winter!
During the war, Germans who had volunteered to join the SS and the SD and Dutch collaborators of the Nazis were buried in the municipalities where they had been killed or shot.
After the war, the municipalities where those Jew hunters and other beasts were buried no longer wanted to tolerate having these remains in their local cemeteries.
The Ministry of Defence then made a piece of land available in Ysselsteyn where they had to be reburied. That killing field in Ysselseteyn is therefore a collection bin for SS beasts, Dutch SD men, collaborators, a number of whom had been shot by the resistance, and also “ordinary” German soldiers. The person who had Anne Frank and her family deported is also buried there.
A commemoration at a cemetery where only dead “ordinary” soldiers are buried, even if they were exclusively German soldiers, is a completely different story in my view.
Commemoration there is certainly worth considering. But here in Ysselsteyn paying tribute to traitors and murderers who have voluntarily chosen to murder my family and / or have them sent to the gas chambers? No way!
And so I still signed the petition, although by nature I am not a signer. I added my name to the petition to prevent anyone from thinking that I have forgiven them for their atrocities, because it happened so long ago, because it has now become history, because the crimes are barred…. So no.
Crimes of this kind against humanity cannot and must not expire and degenerate into an old episode in history. Am I hateful then? When the question arose years ago in the Sinai Center (Jewish psychiatric centre) whether we, as a Jewish institution, would like to treat children of parents who had dome wrong, I made it clear: certainly!
We must not punish children for their parents’ mistakes and I am grateful that I was able to help those victims of the war, because they too are victims of those horrible dark years.
Their parents’ opposition to my parents makes them no less victim, no less second generation. Of course we are talking about children who suffer because their parents were “wrong” in their view. I remember a meeting in Israel of my wife with a daughter of a German SS officer. Crying that daughter and my wife embraced each other: a heartbreaking and impressive scene!
And while I was able to confirm the above information about Ysselseteyn from my car, I was on my way to The Hague together with the secretary of the NIK. An appointment with the Ambassador of Poland, Mr Marcin Czepelak. (Don’t ask me how to pronounce this name. I notice that those ambassadors from those former Eastern bloc countries all have  unpronounceable names.) It was a good and friendly conversation. It was about the impending new law that wants to ban the export of kosher meat slaughtered in Poland.
Polish Jews will be allowed to continue to slaughter kosher for domestic use, but export? That should be a bridge too far. The ambassador understood well that this is not just a practical and business problem.
He foresaw very clearly that if Poland bans exports, several EU countries will follow and in the end there will no longer be kosher meat available within the EU, not even in the Netherlands. The Ambassador was in no doubt about that. But he also felt keenly that the ban on the export of kosher meat would hurt the Jewish community in its full breadth, would deeply affect their Jewishness. Jews who never eat kosher and perhaps consider kosher food as nonsense and out of date, the ambassador himself indicated, are equally affected by this measure. Because it may be that they don’t consume kosher meat, the ban on the export of kosher meat is an assault on their Jewish identity.
And now here I am at the end of this day, writing this diary to the digital paper and hopefully still with enough puff in me to dismantle the Sukkah (booth) tonight and put it away until next year. And until then? Hopefully, peace and a very soon deliverance from the evil that is called corona and also a proper return to Jewish life in our polder country.
Even on Yom Kippur, there were Jewish congregations that did not have shul service. And this year, far fewer booths that stood near the synagogues have to be demolished. The reason? Unfortunately they were not built because of corona! At the end of all these Jewish Holidays, we wish each other, and so do I: a healthy winter!
During corona time, Chief Rabbi Jacobs keeps a diary for the Jewish Cultural Quarter. NIW publishes these special documents daily on www.niw.nl.

Additional Articles

Joodse studenten/docenten in academisch Nederland (vogel)vrij?!

Onze columnist Bas Belder had een gesprek met Ethan Gabriel Bergman van de Universiteit Maastricht over het Nederlandse academische klimaat voor Joodse studenten en docenten. “Als je je baan wilt behouden, zeg dan niet dat je Joods bent en Israël steunt.” Het dringende advies van een universitaire docent aan zijn Joodse collega.

 

Aan welke manifestaties van Jodenhaat én Israëlhaat stond/staat u bloot als student aan de Universiteit van Maastricht?

 

Bergman: Of we dat nu willen of niet, wij worden als Joodse studenten altijd aan Israël gekoppeld. De Joodse studentengemeenschap walgt van het faciliteren van puur eenzijdige anti-Israël evenementen binnen de universiteit. Dat gebeurde bijvoorbeeld bij de rechtenfaculteit in Maastricht tijdens een sessie over “Palestijnse vrouwen in de strijd voor vrijheid – Toen en Nu”. De discussie draaide louter om de ontkenning van Israëls bestaansrecht.

 

In plaats van ons te verliezen in zulke kansloze debatten, geven wij als Joodse studenten nu prioriteit aan eigen manifestaties in plaats van ons steeds opnieuw tegen haatcampagnes te moeten keren.

 

Met de groeiende desinformatie over Israël voelen Joodse studenten zich op de campus alleen maar onveiliger. Welke uitbarstingen van emoties ook loskomen jegens Israël, Europese Joden worden daar steevast het slachtoffer van als medeschuldigen. Zie de toename van het antisemitisme in Europa in mei tijdens de terreuraanvallen van Hamas op de Joodse staat.

 

Op onze universiteit opereert Free Palestine Maastricht onder de noemer dat de organisatie voor “vrijheid van meningsuiting” staat. De universiteit gaat hiermee akkoord. Deze beweging is evenwel evident antisemitisch door de demonisering en delegitimering van Israël en het hanteren van dubbele standaarden jegens de Joodse staat. Free Palestine Maastricht verkoopt haar antisemitisme onder de noemer van “vrijheid van spreken over Palestina”, een ‘recht’ dat “zionisten” wensen in te perken.

 

Een poging van onze zijde om als Joodse studenten in gesprek te komen met Free Palestine Maastricht mislukte. Wij werden gebrandmerkt als “zionisten die de Joden niet vertegenwoordigen”.

 

Als Joodse studenten willen deelnemen aan een solidariteitsbijeenkomst met het zwaar vervolgde moslimvolk van de Oeigoeren in China, vangen zij bot. Een Davidsster naast de Oeigoerse maansikkel op een banier kan absoluut niet volgens een zeer activistische hoogleraar. Die davidsster staat volgens de professor “symbool voor genocidale intenties”, daarmee trek je zijns inziens “geen linkse mensen en moslims bij de protesten aan”.

 

Nog nare persoonlijke ervaringen qua antisemitische uitingen?

 

Bergman: Het heeft niet rechtstreeks betrekking op de universiteit, maar de deur van mijn appartement moest het tijdens carnaval 2021 ontgelden. De mezoeza was op de grond gesmeten en er was een swastika in de deur gekerfd. Interessant genoeg verenigde dit incident de Joodse studentengemeenschap voor een poosje, totdat we opnieuw onze maskers moesten opzetten tijdens het weer oplaaien van het conflict tussen Israël en Hamas. Twee weken lang werden wij als Joodse studenten bedreigd door medestudenten. Uiteindelijk deed een Joodse studente haar beklag bij de decaan. “Ze had er om gevraagd”, kreeg ze eventjes te horen. Gedemoraliseerd is deze studente omwille van haar persoonlijke veiligheid gestopt in Maastricht. Weer andere Joodse studenten werden gestalkt. Ik kreeg zelf maandenlang anonieme dreigtelefoontjes.

 

Met dit alles in het achterhoofd, wil ik samen met andere Joodse studenten werken aan een betere toekomst. Wij willen die verschrikkelijke periode achter ons laten waarin onze eigen hoogleraren brieven ondertekenden die opriepen tot een academische en economische boycot van Israël in Nederland. Dat zelfs de meesten van mijn professoren daaraan meededen, heeft de Joodse gemeenschap ernstig geschokt. Ook het feit dat een groot aantal hoogleraren een BDS-brief ondertekenden, vervreemde hen van Joodse studenten.

 

Tot vorig jaar ontbrak de Internationale Gedenkdag van de Holocaust op de universitaire kalender van Maastricht. Die was vervangen door “Chocolate Cake Day”. Bovendien vormden officiële Joodse feestdagen tot op dit jaar geen geldige reden om uitstel van een deadline of een examen te verlenen.

 

Hoeveel van uw medestudenten in Maastricht zijn eigenlijk Joods?

 

Bergman: Ik schat dat er rond de 150-175 Joodse studenten bij de Universiteit van Maastricht zijn ingeschreven. Hun precieze aantal is momenteel moeilijk te bepalen. Van slechts zo’n 75 weten we het precies. De redenen voor deze situatie zijn velerlei: zij voelen zich niet op hun gemak om als Joods naar buiten te treden; ze zijn niet op de hoogte van de huidige Joodse studentengemeenschap of hebben (nog) geen Joodse medestudent getroffen, die hen kan introduceren.

 

Maar zodra Joden zich op de universiteit werkelijk comfortabel gaan voelen, zullen we zeker een sterke groei zien. Samen met de universiteit streven we naar zo’n werkelijk inclusieve, veilige situatie.

 

Kijken we naar heel Nederland: hoeveel Joodse studenten en docenten telt de academische wereld? En zijn zij ook op enigerlei wijze verenigd tegen manifestaties van Jodenhaat?

 

Bergman: Wij zijn niet verenigd. Een schatting is daarom vrij lastig. Daarbij komt dat tal van Joodse studenten het niet comfortabel achten voor hun identiteit uit te komen. Uit angst voor stigmatisering.

 

De documentatie van antisemitische voorvallen is eveneens lacuneus. Joodse studenten staan sowieso bijzonder sceptisch tegenover het nut van het melden van individuele incidenten. Wat verandert dat? Daarom worden heel wat uitingen van Jodenhaat eenvoudigweg niet geregistreerd.

 

Van de Universiteit van Maastricht weet ik dat er zo’n half dozijn Joodse en Israëlische professoren en stafleden werken. Stafleden vertelden mij dat de naam van Israël niet mag worden genoemd in bepaalde discussies en publicaties. Een collega van een Joods staflid gaf hem eens te kennen: “Als je je baan wilt houden, zeg dan niet dat je Joods bent en Israël steunt.”

 

Deze stafleden en professoren zwegen praktisch tijdens het conflict in mei tussen Israël en Hamas. Opstaan tegen de heersende grove desinformatie zou hun veiligheid in gevaar brengen, idem hun baan. Het punt is echter, dat zwijgen Joodse docenten en studenten niet helpt. Want als het zogenoemde Israëlische antisemitisme weer eens piekt, zij evengoed lijden als degenen die wel de moed hadden hun mond open te doen.

 

U bent ook actief bij de Europees Joodse Associatie (EJA). In welke mate beïnvloedt ‘de factor-Israël’ de activiteiten van de Joodse gemeenschappen in Europa?

 

Bergman: Zij krijgen te horen dat universiteiten en studentenorganisaties alleen met hen willen samenwerken als Joodse studenten zich evenzeer tegen Israël keren en geen enkele link leggen met Israël tijdens gemeenschappelijke evenementen. In de praktijk komt dit erop neer dat Joden de uitgangspunten van de BDS dienen te steunen om geaccepteerd te worden. Het aan Israël gerelateerd antisemitisme is trouwens in extreme mate present in Nederland bij de politieke en sociale faculteiten, met de professoren in de rol van medeplichtigen.

 

Het gebrek aan interactie met Joden en Israëli’s vergiftigt onze academische wereld onder de noemer van “sociale gerechtigheid”. Hoe meer anti-Israëlische, antisemitische retoriek, des te minder zullen Joden zichzelf als zodanig kenbaar maken en zich assimileren omwille van eigen toekomstig welzijn en carrière.

 

Bij welke initiatieven ben u rechtstreeks betrokken om Jodenhaat tegen te gaan op academisch terrein alsook om de Joodse presentie op te bouwen?

 

Bergman: Eerst even een persoonlijke noot: als ik bij een ontmoeting merk dat ik de eerste Jood ben die mijn gesprekspartner ooit is tegengekomen, stimuleer ik deze persoon mij te vragen wat hij of zij ook maar wil. Voor de grap noem ik dat “Jewsplaining”. Win ik zo vrienden, dan blijken zij de sterkste bondgenoten van Joden en Israël te zijn die ik ken. Dat gaat niet zonder slag of stoot. In veel gevallen verliezen Joodse studenten hun niet-Joodse vrienden om politieke redenen, denk aan de BDS-beweging, zo weet ik uit mijn contacten in Maastricht.

 

Het is echter de verantwoordelijkheid van alle Joodse studenten open te zijn over hun identiteit, pas dan dient zich het perspectief van niet-Joodse medestanders aan.

 

Binnen de EJA breng ik Joodse studenten uit heel Europa samen tijdens “Bootcamps”. Gezamenlijk brainstormen we dan drie dagen lang hoe onwetendheid over Joodse cultuur en leefwijze het hoofd te bieden, idem de rondwarende Jodenhaat op Europese campussen. Wij preciseren dan tegelijk onze praktische aanpak, evenzo hoe het best Israël te representeren.

 

Via de zogenoemde “Diplomatic Council” binnen de EJA trainen we een netwerk van toegewijde studenten per land in omgaan met de media, debatteren, in het openbaar spreken en educatie. In het vertegenwoordigen van Joden en Israël in Europa spelen we schaak, geen dammen.

 

Ook werken we samen met parlementariërs en andere politici, zoals ministers van onderwijs, om academische instellingen te motiveren zich pro-actief op te stellen, dat wil zeggen inclusief tegenover Joodse en Israëlische studenten. Tegenwoordig ben ik daartoe ook actief binnen de organisatie StandWithUs Nederland.

 

De EJA buigt zich nu over de vraag welke informatie moeten wij gaan geven aan de staf en decanen van universiteiten. Conform wat opperrabbijn Jacobs niet moe wordt te herhalen: “Educatie, educatie, educatie!” Dat is de enige manier waarmee wij als Joodse studenten kunnen gedijen op de universiteiten.

 

A short video from the eja delegation to Prague

New President for the Jewish State of Israel

Israel has a new President, Mr Isaac Herzog. The Herzog’s have a fine tradition of important positions in Israel: his grandfather was a Chief Rabbi of Israel, and his father, Chaim, a former President of Israel too.

We wish the 11th President of Israel lots of Mazal, lots of strength and lots of courage. Qualities that we know from our many contacts with Mr Herzog, are not in short supply where he is concerned.

Motion calling to ban ‘from the river to the sea’ slogan adopted in Dutch parliament

Dutch MP Diederik Van Dijk filed the motion because since the outbreak of the war between Israel and Hamas, “there has been a chilling increase in anti-Semitic incidents in the Netherlands. ””The context of the slogan “from the river to the sea” comes directly from the Hamas charter,” according to the SGP member.

The controversial slogan “from the river to the sea”, which is often heard in pro-Palestinian rallies across Europe and elsewhere,  must be placed in an anti-Semitic context at demonstrations, making it possible to take action against it. A motion calling for a ban of the slogan was adopted in the Dutch House of Representatives. The motion was initiated  by the Dutch Christian Reformed Political party SGP.

“More tools for police to tackle anti-Semitic slogans at demonstrations,” rejoiced SGP MP Diederik Van Dijk after his motion was adopted by a parliamentary majority. “No Hamas ranting in our streets or stations.” His motion was suppoirted by several parties.

Van Dijk filed the motion because since the outbreak of the war between Israel and Hamas, “there has been a chilling increase in anti-Semitic incidents in the Netherlands. The context of the slogan “from the river to the sea” comes directly from the Hamas charter, according to the SGP member.

The slogan calls for exepelling the Jews from Israel, the annihilation of the state of Israel and for the extermination of all Jews worldwide.

The SGP MP sees little action being taken against the controversial phrase to date. He asked the outgoing cabinet (there is no government in Netherlands yet)  to follow the example of Germany and Austria to place the chanting of the slogan at demonstrations in anti-Semitic context and to include it in the so-called action perspective, so that police and prosecutors can actually take action.

By Yossi Lempkowicz

Motion calling to ban ‘from the river to the sea’ slogan adopted in Dutch parliament

Additional Communities
United Kingdom
Ukraine
Turkey
Schweiz
Switzerland
Sweden
Spain
Slovenia
Slovakia
Serbia
Russia